Afbeelding, en kort-bondige Beschrijving,
Dan den verschrickclijcken BRANDT der Stadt LONDON.
Op den 12, 13, 14, 15 en 16 Septemb. Anno 1666.
VAn verscheyde schadelijcke Branden / waer door veele Steden zijn t'onder gevracht / getuygen d'oude en nieuwe Historien; maer van dese verniesende en gruwelijsten Brandt / in de Stadt Londen, op den 12 Septemb. begonnen / heeftmen in eenige Eeuwen niet gelesen. Want d'oude Stadt / daer de meeste rijckdom te vinden was / is byna t'eenemael in asch en puyn verstoven en nedergevallen. Sy is dan ontsteecken op Sondagh morgen / ten 2 uuren / in Puddinglane, streckende die Lane of Steegh na de Brugge van den Towr, by de nieuwe Vis-straet, in een Backers Hays, door wat toeval weetmen niet; maer dit wel / dat de kleynachtinge van desen Brandt / by soo overhevigen stijven windt uyt den Oosten / oorsaeck is gheweest / datmen met her nederwerpen van de bygelegen Huysen / niet tijdigh vaerdigh zijnde / den Brant / die voor den morgenstont aenbrack / soo groot wiert / dat die met alle Menschelijcke middelen niet en konde gestunt werden: het is aldaer seer nauw bewoonten betimmert met houte Huysen / met Leem en kley besmeert. Den Koning en Hartogh van Jorck, met veele van den secreten Gaedt / waren op de been / om den Major en andere te helpen; te meer / om datmen bysonder voor een verraet veducht was / maer her was al vergeefs. Met den dagh op Sondagh; ontstack de windt meer en meer / en blies de vlamme voort / spreyende sigh tot op de Gracebrugh-straet, en nederwaerts van de Cannon-straet, aen de water zijde / soo ver als de huysinge van de drie Cranen. Op Maendagh was de vlamme volkomen meester / sonder dat die ergens kon gescupt werden / en brande soo ver als Bainards Casle, ten 7 uuren's avondts / over gene zijde Bellingate: aen de andere zijde spreyde het sich op Graciousstraet, Fanchawstraet, Lombartstraet, Cornwal, Bucklersbrugh, en sloegh aen be [...]de de huysen / gehecht aen de Beurs; ende alsoo in 't beste en [...]e voornaemste van de Stadt / daer de Kooplieden, Goutsmeden en andere / meest gegoede suyden woonen: en voor Dinghsdagh morgen was de Beurs (daer men soo [...]y gestoft heeft) en de andere plaetsen / alle verbrandt; en dien nacht Fleed-straet, [...]o ver als St. Dunstans Kerck, met alle de plaetsen tusschen die en de Beurs, en het vorder gedeeite van de Temple Crouwne Office; doch doenmaels begonde men wat hope te hebben / om den Brant te stutten / die keerde na Fetterlane, omtrent half wegen na Holborne, alwaer 't door ongelooffelijcken arbeydt bleeftot Woensdagh; als wanneer een versen Brandt tot den Temple uyt barsten / soo men meyndt / door voncken op een balck van hout gevassen / die omtrent ten 2 uren op Donderdagh was gescuyt / hebbende de Gebouwen over de Kloosters, en een gedeelte van de kercken / al verbrandt: en daer mede was her op Donderdag morgen generalijck gescuyt / sonder zedert ergens weer uyt te barsien / te weten / tot Temple Church by Holbornbridge, Pie-Corner, Aldersgate, Cripplegate, by het lager-endt uan Colemanstreet, aen het eynde van Basing-Halstraet, by de Postern, aen 't opver-eyndt van Bisschops Gate-straet en Leaden Hal-straet, tot Standard in Cornhil, by de kerck in Fanchurch-straet, by Clotworkers Hal, in Mintinglane, tot het midden van Marcklane, en tot den Towrdock: Aldus is her grootfle en beste gedeelte / zijnde her hinnenste van dese Stadt vernielt / wel een uur gaens of meer / wefende de uythoeken maer blijven staen / so dat van den Tempel tot des Towrs Magazijnen by na niet is over gebleven / uytgenomen van Ledenhal tot Aldergate, en na Bisschops Gate-straet, en van die deelen na Cripplegate, en van Aldersgate tot Smijtfield. Buyten de Poorten is de grootste schade geschiet in Fleet-street, en van Holborne tot Fleedbridge. Wat Huysen in 't geheel zijn verbrandt / kanmen niet wel seggen; maer men gist 20 duysent Huysen / en van 98 Kercken zijn maer 11 ongeschent gebleven / soo dat'er 87 zijn verbrandt / daer onder de seer beroemde St. Paulus Kerck, daer van men seydt dat voor Christi Geboorte gebouwt geweest is. Wat elende in dese brandt is gheweest / is niet om uyt te spreecken / veele brachten haer goet van't een in 't ander Huys / en dat verbrande daer na wederom / die in 't open Deldt vluchten hebben 't best gehadt; doch hoe jammerlijch de luyden haer daer hebben moeten behelpen / kan men gissen. Daer herbergen 10 of 12 Huysgesinnen in een Huys / en noch moeten veele op 't open Delt blijven; weshalven sijn Majesteyt heeft geordonneert / aen de omleggende Plaetsen en Dorpen / de beschadighde te ontfangen in haer Ketcken / Kapellen en Gods-huysen; en oock / dat de Bevelhebbers die by de Inwoonders sullen doen in-legeren. Den Towr heeft mede groot perijckel geloopen: in-voegen / dat / soo men de Huysen daer omtrent niet om ver hadde geholpen / her was daer mede aengegaen / alsoo de Brant al in de Poorten was: doch elders heeftmen wel de Huysen neergehaelt / maer de windt soo stijf zijnde / heeft de vlam over de neergehaelde Huysen heen geset. Op Woensdagh dede den Koning groote naer stigheyt / besonder by Templebare, om den Brandt te stuyten / 't welck na datmen verscheyde huysen met Bus-kruyt had laten apspringen geluckte / oock is daer door ben Towr behouden. Een Duytse Backer in Westmunster, zijn oven stoockende / wiert overvallen en by na doot geslagen / 't welck voortganck soude gehad hebben / doch wiert door den Hartogh van Jorck ontset / maer sijn huys evenwel untgeplundert: een arme, bron in Moorfields, met ruyck-balletjens onder haer schoot gaende / meynde men dat her vuur-ballen waren / daer over wiert sy aen gevaten vermoort; ja in stucken gehouwen. Sijn Maj. heeft gelast de Scheeps-behoeften tot de Vloot in Morefields te brengen / om de Armen daer mede te verquicken; doch daer is weynigh van uytgedeelt / oock zijnder tenten voor het volck op geslagen / alsoo het niet moogelijck is / de selvige in de overgeblevene huysen te herbergen. De vreese / die men gehad heeft voor een verraet / heeft men bevonden ydel te zijn: hoewel verscheyde Hollanders en Franse zijn vast geset / die men van dese brant beschuldigt / zijnde waerlijk niet als de Goddelijche Hant. Den Koningh sich op niemant betrouwende / sont om den Generael Monck, die op Donderdagh hier al was. Nu men wat begint te bedaren / spreeckt men van weder te willen herbouwen: maer den Koningh sal eerst een nieuw Model uytgeven / waer na men de Stadt sal bouwen; de Duytse Kerck is blijven staen.
- 1 Poddinglaen / daer de Brant begonnen is.
- 2 De plaets der ghesprongen Huysen daer door de brant gestut is.
- 3 Tempelbaer / of upterste einde der Brandt.
- 4 S. Paulus Kerck.
- 5 / 6 / 7 / 8 zijn Heeren Huysen.
- 9 Konings Palays.
- 10 Een groot kruys.
- 11 Bow Kerck.
- 12 The Stilliarde / 't Staelhof.
- 13 [...]nse Wynhuys.
- 14 S. Laurens Kerck.
- 15 Guild Hall / het Stadthuys.
- 16 S. Anthoines kerck.
- 17 S. Laurens Poultneykerk.
- 18 De Beurs.
- 19 Duytsche kerck.
- 20 S. Michaelis kerck.
- 21 S. Pieters kerck.
- 22 Loothal.
- 23 [...]iss [...]hers hal.
- 24 S. Helenis kerck
- 25 S. Andrew kerck.
- 26 S. Dunston in de east kerck.
- 27 Lion Kay.
- 28 De groote Brugh.
- 29 / 30 / 31 zijn Dorpen buyten London.
- 32 De Cour van London.
- 33 S. Catherins kerck.
- 34 S. Olafe kerck.
- 35 S. Mary Overis kerck.
- 36 Winchester Huys.
- 37 / 38 / 39 zijn speel-plaetsen.
- 40 The eell Schipes.
- 41 The Gally fuste.
- 42 Harowe / een Dorp.
- 43 Hamsted / een Dorp,
Pourtraict & Description,
De l'horrible embrasement de Feu, dans la VILLE de LONDRES.
Le 12, 13, 14, 15, & 16 Septembre, l'an 1666.
LE 12 Septembre, a deux heures apres minuit, le feu s'estant pris à la maison d'un Boulanger, dans la ruë qui va de la Tour au Pont, & les voisins ayant negligé d'aider à l'éteindre, il accreut tellement par la violence du vent d'Oost, qu'à la pointe du jour il estoit tellement embrasé dans les maisons des environs, qu'il fut impossible de l'éteindre quel remede qu'on y apportast par abbatement de maisons ou par le jet des eaux, la plûpart des maisons de ce quartier-la estant de bois & de plâtre & les ruës fort étroites. Le Roy & M. le Duc d'Yorck monterent à cheval pour exhorter le Maire & tous les autres par leur exemple à travailler à l'extinction de l'embrasement, & firent sauter quantité de maisons pour y couper chemin, mais le vent impetueux portoit la fláme si avant que tous leurs soins furent inutiles; de sorte que le feu passa si avant que toute la vieille Ville en a esté consumée, avec partie des Fauxbourgs excepté les encoigneures du costé des murailles. Le feu augmenta depuis le 12 jusques au 17, que le vent ayent un peu cessé il fut enfin éteint, & fut si violent pendant 5 jours & 5 nuits qu'il a duré, qu'il a consumé environ 18 ou 20000 maisons, la Bourse & 80 Eglises y compris celle de S. Paul; & méme on eut bien de la peine à garantir la Tour dont les portes estoient déja en feu; enfin céte perte est inestimable, tant acause des maisons qu'acause des marchandises qui y ont esté brulées, de sorte qu'on ne croit pas que trois cens millions la puissent reparer, sans y comprendre la misere oú sont reduits une infinité de personnes qui n'ont ni maisons pour se mettre à couvert, ni dequoi se nourrir. Le Roy voyant de si tristes spectacles devant ses yeux, a feit dresser des tentes pour loger le monde qui n'a point de couvert; & tirer des Magazins les vivres qui estoient destinés pour la Flote afin de les destribuer à ceux qui en auront besoin, & songe déja aux moyens de faire rebastir la ville, à quoi on croit qu'il fera contribuer tout le royaume. On ne doute pas qu'on ne la fasse plus belle qu'elle n'estoit, & moins sujete à de tels accidens, pour cet effet le Parlement quise doit assembler dans 8 jours en doit donner le modelle. Le Roy apprehendant que cet embrasement ne fut suivi de quelqu'autre chose de plus facheux a depesché un Courrier au General Monk pour le faire venir ici en toute diligence. Du commencement de cet embrasement on creut que les François & les Hollandois qui sont en céte ville en estoient les auteurs, ce qui fit qu'on en emprisonna plusieurs & que quelques uns des plus considerables se refugierent chés les Ministres étrangers, mais peu de temps aprés, le Roy ayant sceu qu'ils n'y avoient rien contribué, on les a relâchez; il est vrai pourtant qu'un Boulanger Flaman dans le plus fort de la fureur populaire, fut presque déchiré, & sa maison pillée, & une pauvre femme qui fuyoit avec balles d'odeur, qu'on prenoit pour balles de feu, fut tuée, & foulée sous les pieds. On dit que le Mill. Craven veut faire rebastir la Bourse à ses dépens.
A true Pourtraict with a Brief Description
Of that deplorable FIRE of LONDON.
Befallen
the 12, 13, 14, 15 and 16 Sept. 1666.
ON the second instant at one of the clock in the Morning there hapned to break out a sad and deplorable Fire, in Pudding-lane neer New Fishstreet, which falling out at that hour of the night, and in a quarter of the Town so close built with wooden pitched houses, spread it self so far before day, and with such distraction to the inhabitants and Neighbours, that care was not taken for the timely preventing the further diffusion of it, by pulling down houses, as ought to have been; so that this lamentable Fire in a short time became too big to be mastied by any Engines or working neer it. It fell out most unhappily too, That a violent Easterley wind fomented it, and kept it burning all that day, and the night following, spreading it self up to Grave-church street, and downwards from Cannon street to the Water-side as far as the Three Cranes in the Vintroy.
The people in all parts about it distracted by the vastnels of it, and their particulare care to carry away their Goods, many attempts were made to prevent the spreading of it by pulling down Houses, and making great Intervals, but all in vain, the Fire seising upon the Timber and Rubbish and so continuing it self, even through those spaces, and raging in a bright flame all Monday and Tuesday. By the favour of God the Wind slackned a little on Tuesday night & the Flames meeting with Brick-buildings at the Temple, by little and little it was observed to lose its force on that side, so that on Wednesday morning we began to hope well, and his Royal Highness never dispairing or slackning his personal care, wrought so well that day, assisted in some parts by the Lords of the Councel before and behind it, that a stop was put to it at the Temple-church, neer Holborn-bridge, Pie-corner, Aldersgate, Cripplegate, neer the lower end of Coloman-street, at the end of Basing Hall street, by the Poslern, at the upper end of Bishopsgate-street, and Leaden Hall-street at the Standard in Cornhil, at the Church in Fanchurch-street, neer Clotworkers Hall in Mincing-lane, at the middle of Mark-lane, and at the Tower-dock.
On Thursday by the blessing of God it was wholly beat down and extinguished. But so as that Evening it unhappily burst out again a fresh at the Temple, by the falling of some sparks (as is supposed) upon a Pile of Wooden buildings; but his Royal Highness, who warched there that whole night in Person, by the grear labours and diligence used, and especially by applying Powder to blow up the Houses about it, before day molst happily mastered it.
Divers Strangers, Dutch and French were, during the fite, apprehended, upon suspition that they contributed mischievously to it, who are all imprisoned, and Informations prepared to make a severe inquisition hereupon by my Lord Chief Justice Keeling, assisted by some of the Lords of the Privy Councel, and some principal Members of the City, notwithstanding which suspicions, the manner of the burning all along in a Train, and so blowen forwards in all its way bystrong Winds, makes us conclude the wole was an effect of an unhappy chance, or to speak better, the heavy hand of God upon us for our sins shewing us the terrour of his Judgment in thus raising the fire, and immediately after his miraculous and never enough to be acknowledged Mercy in putting a stop to it when we were in the last despair, and that all attempts for the quenching it however industriously pursued, seemed insufficient.